Het komt geregeld voor dat werknemers arbeidsongeschikt raken ten gevolge van gebeurtenissen buiten de werkomgeving. Een recente uitspraak van het hof maakt duidelijk dat in dergelijke gevallen de werkgever de loon- en re-integratiekosten kan verhalen op de derde.
In februari 2020 heeft een incident plaatsgevonden tussen een werkneemster en haar ex-partner. De ex-partner heeft de werkneemster in een beschonken toestand zwaar mishandeld. De ex-partner wordt veroordeeld voor poging tot zware mishandeling en vernieling. De werkneemster raakt hierdoor arbeidsongeschikt en is niet meer in staat haar werkzaamheden te verrichten.
In deze procedure wordt een antwoord gegeven op de vraag of het loon, dat gedurende de arbeidsongeschiktheid aan de werkneemster is betaald, door de werkgever kan worden verhaald op de ex-partner.
De werkgever baseert zijn vordering op artikel 6:107a lid 2 van het Burgerlijk Wetboek. Conform dit artikel heeft een werkgever, die het loon doorbetaalt aan een werknemer die arbeidsongeschikt raakt als gevolg van een gebeurtenis waarvoor een ander aansprakelijk is, ten opzichte van die ander het recht op vergoeding van het doorbetaalde loon. Juridisch gezegd, kan de werkgever een regresvordering instellen tegen de ander.
In deze zaak stelt de werkgever dat de ex-partner onrechtmatig heeft gehandeld en dat daardoor de arbeidsongeschiktheid is ontstaan. De werkgever heeft informatie van de huisarts van werkneemster overgelegd waaruit blijkt van het door werkneemster geleden letsel. En de behandelend GZ-psychologen hebben verklaard dat werkneemster als gevolg van het incident aan PTSS lijdt. Het hof vindt dat daarmee voldoende is aangetoond dat de arbeidsongeschiktheid is ontstaan door het onrechtmatig handelen van de ex-partner.
Het verweer van de ex-partner luidt dat de arbeidsongeschiktheid niet is ontstaan als gevolg van zijn onrechtmatig handelen. Volgens de ex-partner kampte de werkneemster al vóór het voorval met problemen. Hij verwijst naar een brief waaruit blijkt dat de werkneemster een negatief zelfbeeld heeft. Ook legt hij Whatsapp-berichten over waaruit volgens hem blijkt dat de mishandeling niet de oorzaak is van de arbeidsongeschiktheid.
Het hof verwerpt het verweer en betrekt daarbij de vaste rechtspraak van de Hoge Raad (ECLI:NL:HR:2019:1278 en ECLI:NL:HR:2022:590). Volgens deze rechtspraak dient het deel van de schade, dat is ontstaan of verergerd door de eventuele persoonlijke aanleg van de benadeelde, toch aan de aansprakelijke partij te worden toegerekend. Van belang is daarbij dat het niet aannemelijk is dat deze eventuele aanleg zou hebben geleid tot diezelfde schade zonder de mishandeling. Kort gezegd betekent dit dat eventuele al bestaande klachten van de werkneemster voor risico van de ex-partner komen.
Het hof oordeelt dan ook dat de ex-partner gehouden is om aan de werkgever het loon te vergoeden dat is doorbetaald. Daar wordt aan toegevoegd dat ook de kosten van de genomen re-integratiemaatregelen moeten worden vergoed.
Heeft u vragen of wilt u meer weten over de regresvordering? Neem dan vrijblijvend contact op met onze gespecialiseerde arbeidsrechtadvocaten in Heerlen via info@sijbenpartners.nl of bel gerust via 045 560 2200. Wij helpen u graag.